Linda werkt werk als assistente in een dierenartsenpraktijk. De sfeer in de praktijk en de samenwerking met haar collega’s en de dierenartsen zijn goed maar toch geeft ze in de training Persoonlijke Effectiviteit aan dat ze best behoefte heeft aan meer overleg met de dierenartsen. In de drukke praktijk waar zij werkt, blijven er soms dingen onbesproken. Kleine dagelijkse dingen, die echter soms tot irritatie leiden.

Zonder blaffende klanten

Zeker in kleine organisaties zoals een dierenartsenpraktijk is het belangrijk om geregeld de tijd te nemen om met elkaar over het werk en de samenwerking te praten. Gewoon even samen stilstaan bij belangrijke dingen die je signaleert in de praktijk, de manier van samenwerken en de onderlinge communicatie.
Je ziet elkaar dagelijks in het werk en de urgente dingen die over samenwerking gaan, worden als het goed is, natuurlijk meteen uitgesproken. Maar er blijven in de waan van de dag ook dingen liggen die zich veelal opstapelen. Het kan daarbij gaan om kleine ergernissen maar ook om positieve dingen die je met elkaar wilt bespreken.
Wekelijks een half uur tot drie kwartier plannen om die belangrijke dingen als team door te nemen is vaak al voldoende. En dat zonder haast, blaffende klanten of rinkelende telefoons. De tijd die je als team investeert, verdient zichzelf zeker terug.

Voorbereiden

Voor een effectief gesprek is wel het handig om tevoren de onderwerpen uit te wisselen waar je over wilt praten. Vaste agendapunten kunnen zijn: wat ging er goed de afgelopen week en wat was er voor verbetering vatbaar. Eigenlijk ben je dan bezig elkaar op gerichte wijze positieve en kritische feedback te geven.

Uitvoeriger teamoverleg

Naast het wekelijkse werkoverleg is het zinvol om tweemaal per jaar een wat uitvoeriger teamoverleg te houden. Alle gesprekspartners geven tevoren aan waar ze over willen praten. Het kan gaan over het functioneren van de medewerkers, de werkverdeling, ontwikkeling en scholing van de medewerkers, over de werksfeer, maar zeker ook over de manier van leidinggeven.
De meeste zelfstandig beroepsbeoefenaren met een kleine praktijk, zoals (dieren)artsen, hebben in hun opleiding niet zoveel kennis meegekregen op dit gebied, maar ze zien wel degelijk de zin ervan in, zeker als ze weten dat de medewerkers er ook zo over denken!

Share This